Intuberen
Intuberen betekent dat er een buisjes in de luchtpijp gebracht wordt en een ballonnetje eromheen opgeblazen wordt.
Maar waarom wordt een dier nou eigenlijk geïntubeerd tijdens een narcose?
Steriel verpakte tube welke bij de patiënt na narcose in de luchtpijp geschoven wordt. Daarna wordt het aangesloten op het gele gedeelte, welke op de foto te zien is.
Eén van de belangrijkste functies van dit intuberen is dat je een afgesloten verbinding hebt naar de longen. Zo kan er geen vocht per ongeluk de longen inlopen. Bij gewone operaties kan er namelijk altijd wat maaginhoud door de slokdarm naar voren lopen.
Geïntubeerde kat in de voorbereiding op een operatie.
Maar ook gewoon speeksel en het spoelwater tijdens gebitsbehandelingen kan problemen geven. Dat verslikken voorkom je met het intuberen. Zo is intuberen bij het doen van een gebitssanering bij huisdieren inmiddels standaard geworden.
Meten is weten
Bewaking voorbereidingsruimte
Met moderne apparatuur kun je dan ook nog eens heel precies meten wat voor gassen je in- en uitademt. Dit heet een capnograaf. Zo kun je bijhouden hoeveel zuurstof er in gaat. Maar nog veel belangrijker: hoeveel CO2 er uit de patiënt komt. Daarnaast kun je op die manier ook kijken hoeveel anesthesiegassen de patiënt binnenkrijgt en uitademt: fijn als je dat tot in de puntjes wilt bijsturen.
Als je niet intubeert weet je helemaal niet wat er gebeurt in de patiënt!
Ademen
Ademen is een heel belangrijk iets. Je kan een paar weken zonder eten, een paar dagen zonder water, maar slechts een paar minuten zonder ademen.
Zuurstof – Toevoer
Patiënten onder anesthesie ademen meestal wat minder, en minder diep, dan bij wakker zijn. Daarnaast is de doorbloeding van een hoop organen ook heel anders dan normaal. Daarom is het erg belangrijk dat we er alles aan doen om de patiënt te helpen het niveau van zuurstof in het bloed zo hoog mogelijk te houden. Dat doen we door extra zuurstof aan te bieden in de lucht die de patiënt binnenkrijgt. In normale buitenlucht is dat 21%, tijdens anesthesie tussen de 60% en 100%.
Anesthesiegassen
Er zijn enorm veel manieren om een patiënt aan het slapen te krijgen en te houden. Een hoop daarvan zijn stofjes die je injecteert in de patiënt, maar er is ook een andere groep: anesthesiegassen.
Basaal gasanesthesie apparaat in de voorbereidingsruimte
In de diergeneeskunde wordt vooral Isofluraan gebruikt. Groot voordeel van deze vorm van anesthesie is dat hij eenvoudig toegediend kan worden. Je verdampt het gewoon in de lucht die ingeademd wordt. Het werkt maar heel kort, dus als je het niet meer toedient is het binnen een paar ademteugen weer uit de patiënt en daarmee uitgewerkt. Ideaal om snel bij te sturen als de patiënt iets langer moet slapen en als je de patiënt snel wakker wilt laten worden.
Dit soort stoffen zijn alleen verantwoord toe te dienen via een tracheatube. De enige uitzondering die hier op gemaakt wordt zijn sommige bijzondere dieren (kleine vogeltjes en kleine knagers). Die laat je soms met een kapje slapen met Isofluraan.
CO2 – Afvoer
Misschien wel de belangrijkste reden om de ademhaling van een patiënt goed in de smiezen te houden is CO2.
Het gas wat je maakt bij de verbranding in je lichaam. Dat moet je kwijt, want een te hoge concentratie hiervan heeft allemaal nare gevolgen. Helaas hebben een hoop middelen die gebruikt worden voor anesthesie effect op het systeem die dit automatisch regelt in het lichaam. Ook het veelgebruikte “even makkelijk in slaap prikken”-prikje van medetomidine-ketamine!
Je merkt er meestal weinig van als je hond of kat veel te hoge CO2 waardes gehad heeft tijdens een operatie, want de schade die daardoor opgelopen wordt zie je niet aan de buitenkant.
Je kan door het meten van de CO2 in de uitademingslucht heel aardig bijhouden of de patiënt zijn koolzuurgas wel goed kwijt kan. Zo niet, dan moet je extra beademen. Iets wat alleen goed kan met een geïntubeerde patiënt.
Binnen onze praktijk hebben we in onze voorbereidingsruimte en in onze operatiekamer de mogelijkheid om dit gas te meten en om te beademen met de hand. Daarnaast hebben we in onze operatiekamer ook nog de mogelijkheid om automatisch te beademen!
Beademen
Zoals gezegd is er best regelmatig een goede reden om de patiënt even te helpen met de ademhaling. Dat beademen kan alleen met een geïntubeerde patiënt. Minder vaak komt het voor dat een patiënt beademd moet worden, omdat er een klaplong is opgetreden. Of dat er beademd moet worden tijdens een reanimatie. Maar dan is het wel fijn als het kan.
Alternatieven
We hebben hier alleen gesproken over de klassieke tracheatube: plastic slang met ballonnetje in de luchtpijp. Heeft heel veel voordelen, maar ook wel een nadeel: je irriteert namelijk wel de luchtpijp. Tegenwoordig zijn er voor een hoop maten gezelschapsdier (konijnen) ook al larynxmaskers. Grote voordeel is dat je dan een soort kussentje opblaast net buiten de luchtpijp en deze dus niet kan irriteren.